Zaterdagochtend 5 april. Begin van een frisse, maar stralende lentedag. Zojuist de hout gestookte boiler op 60 graden gebracht om – voor het eerst – Arayashiki1 van warm water te voorzien. Vandaag nemen we dit (tweede) huis voor ontvangsten, educatie en cultuur in gebruik. Geen officiële opening zoals aanvankelijk gedacht, maar ingebruikname met een kleinschalig evenement: een traditionele huwelijksceremonie.
De renovatie van Arayashiki brengt al snel aan het licht dat het verwaarloosde pand de allure van een ryokan2 bezit. Zes (tatami)kamers met een gang eromheen, gescheiden door shoji3 , die binnendringend licht zo mooi filteren dat elke kamer intiem aanvoelt. Opengeschoven valt de natuur binnen en kijk je rechtstreeks in tuin of bamboebosje alsof er geen grens tussen binnen en buiten is.
Twee, drie kleinere kamers zijn in een handomdraai omgetoverd tot een grote zaal door het wegnemen van de lichte schuifdeuren.
![]() |
![]() |
Al langer loopt Hiroe met het plan de flexibele ruimten in ons eigen huis te benutten voor gebeurtenissen, waarvoor ze oorspronkelijk gebruikt werden, zoals voor trouwceremonies. De – gearrangeerde – huwelijken waren vroeger een vrij besloten aangelegenheid tussen twee families, bezegeld in het huis van de bruidegom. Zonder ambtenaar of priester. Vroeger betekent tot eind 19e eeuw. De Meiji-regering (1869 -1912) moderniseerde Japan naar het voorbeeld van Westerse landen. Shinto-religie werd staatsgodsdienst met de keizer als goddelijk hoofd naar het voorbeeld van de Anglicaanse kerk. Trouwen ‘in de kerk’ werd trouwen ‘in een Shinto-heiligdom’. Toch blijft de huiselijke trouwerij voortbestaan tot ver na de Tweede W.O.
Sinds de 70-er jaren zijn het vooral anonieme trouwhotels, waar binnen een afgemeten tijdsbestek het ene na het andere stel in de echt wordt verbonden. Naar Westers model en all inclusive: kleding, kapper, opmaak en bruidstoilet, kerkdienst, ringen, fotostudio, muziek, feestmaal en bruidstaart.
Mocht zelf ooit getuige zijn van zo’n ‘lopende band huwelijk’. Onder strakke regie jaagt een ceremoniemeester gasten van ‘hotelkerk’4 naar fotostudio en van daar naar de feestzaal. Nog voor een puntje van de bruidstaart onze tafel bereikt, staan we al weer buiten, voorzien van een papieren tas vol doggybags met daarin de nagenoeg onaangeroerde feestdis. Overrompeld door het schielijke afscheid verlaten we de ‘trouwfabriek’ met een volle tas en leeg gevoel, plaatsmakend voor een volgend stel.
Deze ervaring stamt uit begin jaren ’90 toen er nog volop getrouwd werd. Die tijd is voorbij. Dating-apps, professionele koppelaars en overheidsinitiatieven ten spijt, de huwelijksmarkt is compleet ingestort5. Minder huwelijken, minder kinderen. Trouwlust en geboorte cijfers kelderen zelfs zo dramatisch dat de regering een ‘task force’ heeft ingesteld om het tij te keren.
We voelen ons niet geroepen om het aantal huwelijken op te krikken, noch een geboortegolf te ontketenen. We paren slechts een unieke locatie aan een trouwceremonie, die meer gebaseerd is op innerlijke behoefte dan uiterlijk vertoon. Evenmin grijpen we nostalgisch terug op een vergeten traditie, maar mikken op de charme van kleinschaligheid en persoonlijke betrokkenheid.
Als Sanaë, vrijwilligster van het eerste uur, ons in het najaar vertelt over haar trouwplannen suggereert Hiroe haar onmiddellijk de ceremonie in Arayashiki te houden. Zij is meteen enthousiast en ook Shuzō, haar vriend is ervoor te porren. Maar bij de families blijkt dat anders te liggen. Hun stem is zwaarwegend want een huwelijk is er nog altijd een tussen twee families. Het fijne komen we er niet van te weten. Als de gastenlijst ter sprake komt blijkt er in elk geval geen familielid op te staan. Voorzichtig informeer ik ‘en jullie ouders dan?’
Het koppel woont in de naburige provincie Wakayama, waar Shuzō pruimen teelt. Via Zoom bespreken we elk detail van de trouwdag, resulterend in een compleet draaiboek. De gastenlijst dijt allengs uit met onder anderen alsnog de ouders van Sanaë en de oma en moeder van Shuzō. Ondertussen laat Hiroe een bevriend stel oefenen in het zingen van een klassiek Noh-gezang onder leiding van haar eigen Noh-leraar en selecteert alvast kimono’s uit haar garderobe voor de vrouwen die een rol spelen in het gebeuren.
Terug naar 5 april. Om het zicht op de natuur niet met vervoersblik te ontsieren organiseren we parkeerruimte bij de buren. De eerste auto’s arriveren rond het middaguur en zijn van het aanstaande bruidspaar plus de ouders van Sanaë, meteen gevolgd door auto’s van het bedrijf, bij wie het stel uit een reeks trouw-arrangementen het minimum pakket ‘kleding, kapsel, boeket en fotografie’ heeft gekozen.
Een uur later is het bruidspaar gekleed en ‘gekapt’. Hij in een hakama6 en zij in een hagelwitte kimono met extreem lange mouwen en een hoge kap. De in het zwart gestoken professionals dartelen permanent rond de bruid en schieten geregeld toe om kimono en make-up in conditie te houden.
Ruim voordat de ceremonie begint vindt in de tuin een fotosessie plaats. Ondertussen maken vrijwilligers de trouwruimte gereed. Voor elk zitkussen een lakwerk tray met daarop gelukssymbolen7 en een kommetje voor de rituele heildronk. De ceremoniemeester – in het dagelijks leven provincie-ambtenaar – steekt zich in een roze kostuum dat hem in een soort stand-up comedian verandert. Van lieverlee beginnen de gasten, van wie we er veel kennen, binnen te druppelen. De zon schijnt en er heerst een gemoedelijke sfeer.
Even na drieën kondigt de ceremoniemeester met luide stem de aanvang van de plechtigheid aan en de binnenkomst van (groot)ouders gevolgd door die van bruid en bruidegom. Het bruidspaar neemt plaats voor een goudkleurig kamerscherm, geleend van vrienden. De feestleider kondigt verder ieder ceremonie-onderdeel met de nodige kwinkslagen aan, waardoor zijn optreden geregeld hilariteit en commentaar uitlokt. Het verhoogt de sfeer, die ernstig is maar niet té.
Zoals bij oorspronkelijke trouwceremonies zweren bruidegom en bruid elkander trouw ten overstaan van de verzamelde intimi. Geen standaard formule. Shuzō en Sanaë spreken elk, ondersteund door hun spiekbriefjes, zeven in persoonlijke bewoordingen gestelde beloftes naar elkaar uit.
Helaas begrijp ik niet zo veel van wat de een de andere toezegt, evenmin van de reacties die met name Shuzō’s woorden uitlokken. Er wordt bewonderend geknikt wanneer hij belooft als goede zoon voor Sanaë d’r ouders te zorgen. Maar wanneer hij plechtig belooft een mooi huis voor zijn echtgenote te bouwen wordt die ambitie met gekscherend commentaar ontvangen.
Hoe Babylonisch het ook allemaal in mijn oren klinkt, de voelbare aandacht van de gasten voor elke woord dat over hun lippen komt ontgaat me niet.
De concentratie op het uitspreken van hun huwelijkstrouw wordt prettig onderbroken door het gehannes met ringen. Bruid en bruidegom schuiven namelijk een ring aan elkaars vinger. Even betrap ik me erop te denken dat dit te Westers is, maar slik het gauw in bij de gedachte dat het evengoed een universeel gebaar van verbondenheid kan zijn.
Dan leidt Hiroe de Noh-zang8 in, uitgevoerd door het bevriende echtpaar. Een plechtig zingen met diepe stem en veel vibrato. Het krachtige geluid van de Noh-meester, die als een schaduw achter hen zit en meezingt geeft volume aan hun ietwat onzekere optreden. Ondertussen vindt het san-san-kudo ritueel9 plaats: het drie maal drie keer drinken van pruimewijn10. Vrijwilligsters Miki – bedreven in ceremoniële rituelen – en Shinka schenken telkens de drie kommetjes voor bruid en bruidegom in. Wanneer ook alle gasten van een slokje zijn voorzien mag ik de goegemeente uitnodigen voor een heildronk op het kersverse paar – in het japans en min of meer uit mijn hoofd.
![]() |
![]() |
Singer/songwriter Shinka zingt aansluitend een speciaal voor de gelegenheid geschreven lied. Tenslotte is het woord aan Sanaë, die elk van de gasten afzonderlijk toespreekt. Bij sommige gasten wordt ze zo door emotie overweldigd dat ze volschiet. Aangeland bij haar ouders – als laatsten – rollen de tranen onbedwingbaar over haar wangen, liefdevol gedept door haar zorgzame echtgenoot. Voor het eerst raakt het gezicht van haar vader uit de plooi en pinkt ook haar moeder een traantje weg.
Ter afsluiting gaat het hele gezelschap met het bruidspaar buiten op een groepsfoto. Hoe ontspannen de trouwerij ook verloopt, alles is in ruim een uur achter de rug.
Het bruidspaar kleedt zich om. Professionals en familieleden vertrekken. In een mum van tijd is de accommodatie omgetoverd tot party-ruimte dankzij de helpende handen van blijvende gasten.
Tijdens dit changement rijd ik naar Nara om de bestelde visschotel voor sushi op te halen, onderweg mijmerend over de afgelopen uren. Geven Westerlingen tijdens een bruiloft al zeggend, zingend en zoenend uiting aan zoiets als ‘liefde’, daarvan bespeur ik hier niets. Je hoeft toch geen Japans te kennen om Cupido’s pijlen te zien rondvliegen? Later legt Hiroe me uit dat Japanners in zulke liefdesverklaringen een ondubbelzinnig seksuele verleiding zien, gereserveerd voor de beslotenheid van de slaapkamer.
Het feest begint spontaan en verloopt zonder volgorde, speeches of andere formaliteiten. Mensen zitten of bewegen zich rond de lage tafel, wisselen geregeld van plaats, toasten hier en daar, schenken elkaar bij en genieten volop. Er is geen muziek, wel veel en luidruchtig plezier.
![]() |
![]() |
Iedereen vermaakt zich nog volop als Hiroe en ik tegen 10 uur het gezelschap verlaten. Over overnachtingen hoeven we ons geen zorgen te maken. Voor het bruidspaar is Arayashiki’s suite in gereedheid, overige gasten kunnen een futon uitrollen in de tatamikamers.
Aan het eind van de volgende ochtend komen Sanaë en Shuzō langs voor een na-zit. Beiden blij en tevreden met de voorgaande dag. Ze verwoorden precies wat ons voor ogen stond: het was een persoonlijke, informele en relaxte huwelijksceremonie, mede dankzij het gezelschap van dierbare gasten, de mooie entourage en de intieme sfeer van de locatie.
We hadden ons geen betere ingebruikname van Arayashiki voor kunnen stellen.
Noten:
1. Zie blogbijdrage ‘Arayashiki’ dd 20 september 2022.
2. Een traditionele Japanse accommodatie om te slapen, eten en ontspannen.
3. Japanse schuifdeuren bestaande uit een houten raster dat aan één zijde beplakt is
met washi (Japans papier).
4. Vaak een ‘neogotisch’ bouwsel met nep glas-in-lood, vastgeplakt aan het hotel.
5. Onderzoekers geven als reden voor afnemende trouwlust: onzekere (financiële)
toekomst, moeilijk vinden van betaalbare woonruimte, ongelijkwaardige positie van de
vrouw o.a. ingegeven door de wettelijke plicht de familienaam van de man aan te
nemen.
6. Oorspronkelijk een samoerai kostuum, maar nu ceremoniële kleding bij feestelijke gelegenheden in Japan,
vergelijkbaar met een jacquet in Nederland.
7. Een stukje gedroogde kombu (zeewier) verwijzend naar het werkwoord ‘yorokobu’ ( =
blij/gelukkig zijn), een pruim versierd met een flintertje bladgoud en een origami-
kraanvogel, allemaal verwijzend naar geluk en voorspoed. Zie ook noot nr. 10.
8. In het klassieke Noh-theater worden teksten gezongen. Tijdens de
huwelijksceremonie vertolken zij het verhaal van een Shinto-priester, die op reis gaat. De reis
symboliseert – net als het huwelijk – een nieuwe levensfase.
9. Het san-san-kudo (drie-drie-negen keer) ritueel dateert uit de 17e eeuw en is
bedoeld om de banden tussen zowel echtelieden als hun families te versterken door
het delen van sake (doorgaans rijstwijn). Drie is een geluksgetal, drie maal drie het
summum van geluk. De sake wordt geserveerd in een speciale set van drie
kommetjes die hemel, aarde en mensheid symboliseren. Maar er bestaan meerdere
interpretaties van de symboliek. Bruid en bruidegom nemen elk drie slokken uit elk
van de drie kommetjes.
10. Traditioneel wordt sake (rijstwijn) voor dit ritueel gebruikt, maar omdat de bruidegom
een pruimenteelt bedrijf runt wordt dit vervangen door pruimenwijn. De wijn is
gemaakt van de versierde pruimen op ieders lakwerk tray.